Spraakopdrachten
Er is een lijst met telefoonfuncties die met een spraaklabel kunnen worden geactiveerd. U kunt
maximaal vijf spraaklabels voor spraakopdrachten toevoegen.
Druk op
Menu
en selecteer achtereenvolgens
Extra’s
en
Spraakopdrachten
. Selecteer de gewenste
opdrachtenmap, ga naar de opdracht waaraan u een spraaklabel wilt toevoegen en druk op
Opties
. Als
voor de opdracht al een spraaklabel aanwezig is, wordt het pictogram
weergegeven.
U kunt spraakopdrachten op dezelfde manier toevoegen als spraaknummers. Zie Een spraaknummer
toevoegen op pagina 41. Zie ook Een spraaknummer opnieuw afspelen, wijzigen of wissen op pagina
42.
U kunt de spraakopdracht op dezelfde manier activeren als een spraaknummer (zie pagina 42).
U kunt geen spraakopdrachten activeren als een toepassing die gebruikmaakt van de GPRS-verbinding,
bezig is met het verzenden of ontvangen van gegevens. Voordat u de spraakopdracht kunt activeren,
moet u eerst de toepassing met de GPRS-verbinding beëindigen (WAP, inbelverbinding).